Tuesday, July 31, 2007

VAN WOORDJES NAAR ZINNEN

Rond het tweede jaar kan een peuter langere zinnetjes maken. Twee, drie woorden achter elkaar. Met een kind praten, helpt bij het opbouwen van de woordenschat. Door het ritme van de taal leert het ook de zinsbouw herkenen.

De woordenschat van je kind breidt zich nu snel uit. Al snel zullen er twee woordjes achter elkaar komen : het eerste zinnetje. Je stimuleert de taalontwikkeling, als je veel praat met je kind. Dat hoeft niet ingewikkeld te zijn, vertel gewoon wat je aan het doen bent. Des te eerder begrijpt je peuter veel alledaagse uitdrukkingen als : samen een broodje eten, je jasje pakken, boodschappen doen, ezv.

Monday, July 30, 2007

GOED EN STOUT

Peuters beginnen nu in de gaten te krijgen wat wel en niet mag.
Als je iets verbiedt zal je kind het niet doen, zolang je in de buurt bent. Maar ben je uit zicht, dan is dat verbod ook weg. Na het tweede jaar komt bij een kind het besef waarom dingen niet mogen. Dat noemen je gewetenvorming. door geduldig te blijven uitleggen wat wel en niet mag leert je kind des te sneller het verschil tussen goed en stout.

Wednesday, February 14, 2007

VALENTIJNSDAG



Valentijnsdag laat harten spreken door jong en oud, door groot en klein ! Dan draagt elke kaart het liefdesteken, als blijkt het niet vergeten te zijn. Zo'n simpele gift doet meer dan wij denken in de kilte om ons heen. Want door die ander liefde te schenken, voelt men zich niet meer zo alleen. Meer liefde en aandacht voor elkaar, zouden de wereld doen verzachten. Valentijn is slechts een dag in het jaar, daar kunnen wij niet op wachten.

Monday, January 29, 2007

EEN STAPJE NAAR ZELFSTANDIGHEID



De ontwikkeling van 1,5 tot 2 jaar

Het eigen willetje van je peuter is volop in ontwikkeling. 'Zelf doen' wordt een favoriete kreet. Kinderen zijn dan ook reuze trots als dingen lukken. Onder jouw veilige hoede ontdekt je kleintje steeds meer wat zij zelf kan.



Driftbuien

Soms lukt er ook wel eens iets niet. In de fase dat een peuter dingen ondekt en leert, wil zij soms meer dan zij al kan. En als het dan niet lukt, kan een verschrikkelijke drifbui het gevolg zijn. Na zo'n bui kan een kind heel verdrietig zijn. Neem de tijd om haar te troosten en het eventuel samen nog een keer te proberen. Een kind kan ook driftaanvallen krijgen als haar iets verboden wordt. Je kunt het beste zult gedrag negeren. Dan merkt je peuter snel dat zij met schreeuwen en huilen zijn zin niet krijgt. Berucht zijn driftaanvallen in de winkel. Trek je daar niet teveel van aan, de meeste ouders herkennen dit. Geef je kind na zo'n bui altijd de kans om even met je te knuffelen. Zij leert op die manier dan een conflict mag, maar dat papa en mama altijd van haar blijven houden.


Ga geen machtstrijd aan


Een peuter probeert uit tot hoever zij kan gaan. Stel een paar duidelijke regels vast. Maak die niet te strak, laat je kind de ruimte om af en toe te winnen. Eten is een van die dingen waar een peuter macht mee kan uitoefenen. Zij voelt goed aan dat het voor zijn ouders belangrijk is dat het bordje leeg gaat. Probeer je niet al te druk te maken als je kind een periode slecht eet. Als er niet teveel nadruk op gelegd wordt, gaat een kind vanzelf weer beter eten. Ook slapen kun je niet dwingen. Wees wel duidelijk over de tijd waarop je peuter naar bed gaat. De avond is voor de ouders. Of je kind nu wel of niet slaapt kun je niet bepalen, wel dat zij in zijn kamertje blijft.



Goed en stout

Peuters beginnen nu in de gaten te krijgen wat wel en niet mag. Als je iets verbinedt zal je kind het niet doen, zolang je in de buurt bent. Maar ben je uit zicht, dan is dat verbod ook weg. Na het tweede jaar komt bij een kind het besef waarom dingen niet mogen. Dat noem je gewetensvorming. Door geduldig te blijven uitleggen wat wel en niet mag leert je kind des te sneller het verschil tussen goed en stout.

Spelen is spannend

Een peuter van anderhalf tot twee jaar speelt de hele dag. De meeste kinderen doen nog een middagslaapje. Dat hebben ze nog hard nodig. Want al dat klimmen en klauteren kost veel energie. Je kind kan nu langer geconcentreerd met een spel bezig zijn. Vaak wisselt zij dat af met een explosie van beweging. Peuters hebben voor hun ontwikkeling ruimte en beweging nodig. De ruimte van een speelplaats, het bos of het strand is fantastisch voor je kind. Rennen en springen gaat daar veel vrijer dan in huis. Probeer ook op dagen met slecht weer een keer naar buiten te gaan. Want ook met laarsjes aan spetteren door de plassen is feest voor je peuter.

Monday, January 01, 2007

NIEUWJAAR


Ma, Pa & Tisha samen met alle family,
lekker eten bij Japan restaurant
Momiji shushi DenHaag